Wet gezichtsbedekkende kleding: vanaf 1 augustus

Vanaf 1 augustus 2019 is het verboden gezichtsbedekkende kleding te dragen in het openbaar vervoer en in gebouwen van het onderwijs, de zorg en de overheid. Op deze locaties is het voor de sociale veiligheid en dienstverlening namelijk belangrijk dat iedereen elkaar kan herkennen en aankijken. Het is daarom niet toegestaan om kleding te dragen die het gezicht onherkenbaar maakt, zoals een integraalhelm, bivakmuts of boerka.




Naleving

Controle op naleving van dit verbod ligt bij de medewerkers van de instelling waar het verbod geldt en bij het personeel van het vervoersbedrijf. Van hen wordt verwacht dat zij overtreders aanspreken, wijzen op het bestaan van het verbod en hen verzoeken de gezichtsbedekking te verwijderen of anders het pand te verlaten.

Bekeuring

Als hier geen gehoor aan wordt gegeven kan de medewerker de hulp van politie inschakelen. Ook de politie zal de betrokkene waarschuwen de gezichtsbedekking te verwijderen of de locatie te verlaten. Als dit niet het beoogde effect heeft, kan deze overgaan tot het uitschrijven van een bekeuring.

Melding maken

Wilt u melding maken van een persoon met gezichtsbedekkende kleding op een locatie waar dit verboden is, neem contact op met een medewerker van de locatie of personeel van het vervoersbedrijf.

Aangifte

Draagt u gezichtsbedekkende kleding en wilt u als slachtoffer van een misdrijf aangifte doen, dan zijn er meerdere opties. Zo kunt u aangifte doen op locatie (bijvoorbeeld bij u thuis), telefonisch of via internet. Dan bent u niet in overtreding. Indien het niet anders kan en u hulp zoekt of aangifte wilt doen op een politiebureau, dan dient u mee te werken door de gezichtsbedekkende kleding af te doen.

Burgeraanhouding

In de media wordt gemeld dat iedere burger mag overgaan tot aanhouding op heterdaad, dit gericht op een overtreding van de Wet gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding. De wet geeft inderdaad deze mogelijkheid aan. De politie adviseert burgers echter voorzichtig te zijn met het zelf aanhouden van mogelijke overtreders van de Wet gezichtsbedekkende kleding. Hoewel betrokkene op het eerste oog in overtreding kan zijn, dient er ook altijd door de overheidsinstantie of vervoerder gewezen te worden op het verbod en de keus te worden voorgelegd de kleding af te doen of zich te verwijderen. Pas als door de politie is vastgesteld dat die waarschuwing is gedaan en de keus is voorgelegd kan de politie eventueel overgaan tot het uitschrijven van een proces-verbaal. Daarna zal het OM bepalen of er een boete wordt opgelegd.

Bron: politie.nl

Advertentie

blank

blank

blank

blank

blank

blank

blank