Voorzitter OPBR luidt noodklok na extreme verhoging OZB

Deze week maakte het college van B&W van Bodegraven-Reeuwijk de begroting bekend, en dat is schrikken. De onroerendezaakbelasting (OZB) gaat hard omhoog, voor inwoners en nog veel meer voor ondernemers. Voorzitter van Ondernemersplatform Bodegraven-Reeuwijk (OPBR) Jan Oostveen luidt de noodklok. “Ik maak me grote zorgen. Ondernemers waren al kwetsbaar door de extreem hoge brandstof- en grondstofprijzen. Deze verhoging is geen druppel, maar een badkuip die de emmer doet overstromen.”




In het voorjaar sprak het coalitieakkoord nog van een verhoging van 12,5% voor niet-woningen (bedrijfspanden) in 2023 – en nog eens 12,5% in 2024. “Een flinke verhoging, dacht ik toen,” reflecteert Jan Oostveen, “maar die valt in het niet bij de verhoging in de huidige begroting. In 2023 worden eigenaren van niet-woningen geacht maar liefst 25% meer te betalen. Een verdubbelde verhoging!”

En het kan nog sterker. Die 25% is ná verrekening van een verlaagde afvalstoffenheffing en rioolheffing. In feite wordt de OZB niet-woningen met 31,5% verhoogd. “Dat is een ongelofelijke stijging in een al dure gemeente. En dat op een moment dat elke ondernemer moet trappelen om zijn hoofd boven water te houden,” zegt Jan.

Bijzondere financiële onderbouwing

Een behoorlijk deel van de verhoging zit hem in de inflatiecorrecties – meervoud. Vorig jaar is er gerekend met 1,5% inflatiecorrectie voor 2022. Omdat de inflatie afgelopen jaar een stuk hoger was – de gemeente rekent met 8% – rekent de gemeente een extra 7% inflatiecorrectie achteraf. Ondertussen wordt de verwachte inflatie voor volgend jaar ook gewoon doorberekend, dus nog eens 6% erbij.

Deze dubbele correctie is zeer ongebruikelijk. Het college excuseert zich dan ook en belooft dat ze dit trucje volgend jaar niet nog eens uithalen. Maar Jan is er niet gerust op. “Als het verschil met de echte inflatie groter is dan 5%, kunnen we ook volgend jaar een dubbele correctie verwachten. Het inflatiecijfer van september was 14,5%, dus we moeten het nog afwachten.”

Buiten proportie

Het kan ook anders, ziet Jan bij andere gemeenten. Bij de vorige verhoging liet OPBR al zien dat Bodegraven-Reeuwijk niet zo goedkoop was als het college deed geloven. De OZB niet-woningen ligt boven het landelijk gemiddelde en een gemeente als Alphen aan den Rijn heeft een veel lagere OZB.

Ook in de begroting van dit jaar ontzien omliggende gemeentes ondernemers (en inwoners) mer dan Bodegraven-Reeuwijk. Alphen aan den Rijn hanteert een inflatiecorrectie van maar 3% en Gouda zelfs een totale verhoging van slechts 2,2%. “Zo kan het dus ook,” zegt Jan. “De dubbele inflatiecorrectie plus autonome verhoging in Bodegraven-Reeuwijk is echt buiten proportie.”

Steek de hand in eigen boezem

Ten slotte moet er nog iets van Jans hart dat misschien minder rationeel is, maar in zijn ogen wel druipt van de symboliek: de gemeentelijke uitgaven aan de eigen organisatie gaan niet naar beneden, maar omhoog, met 4%. Die uitgaven worden op andere terreinen gecompenseerd om tot een totale besparing te komen van 3 procent. “3 procent! Een lachertje,” aldus Jan. “Zelfs de door de crises minst geraakte ondernemer moet meer besparen dan 3 procent.”

De gemeente zit in financieel zwaar weer en een lastenverhoging was te verwachten in deze tijden, geeft de voorzitter van OPBR toe, maar een huishoudboekje heeft twee kanten. “Het zou het college sieren ook de hand in eigen boezem te steken en iets aan de uitgaven te doen.”

 

Advertentie

blank

blank

blank

blank

blank

blank

blank