Veel mensen hebben wel eens een verhaaltje van hem op zijn Facebookpagina gelezen. Of, ze zijn zelfs vastgelegd door de fotograaf, die “altijd met zijn fototoestel door Bodegraven loopt”, en eveneens ieder jaar een kalender van Bodegraven maakt naast het beheren van de Facebookpagina Mooi Bodegraven. Verder is hij conciërge op de Da Costa School, waar hij zelf ook naar school ging. De ReBo-er van deze week is: Ruud Kooistra.
Naam: Ruud Kooistra
Leeftijd: 62
Woonsituatie: Woont met zijn vrouw Pien, zoon Leon, de poes Twist en hond Harry.
1. Waar kennen mensen jou van?
“Als de man die altijd met zijn fototoestel door Bodegraven loopt. Als ik hem niet bij me heb vragen mensen: ‘ben je hem vergeten?’ of ‘ben je ziek?’. Ik heb hem bijna altijd bij me.” Er is nog meer waar Kooistra van te kennen is. “Van mijn Facebookpagina Mooi Bodegraven ook zeker, die heeft nu rond de 1500 volgers en daar komen elke dag wel een paar bij. Daar word je dan ook door de meest vreemde personen over aangesproken: ik ken niet iedereen, maar zij mij wel. Het is wel fijn, het wordt gewaardeerd.” Ook maakt Kooistra sinds 2017 kalenders: ‘Mooi Bodegraven’. “Ik ben al bezig met de voorbereidingen voor de volgende kalender, van 2020.”
Ik wil positieve stukjes schrijven
2. Wat doe je nu in het dagelijks leven?
“Ik ben conciërge op de Da Costa school, dat doe ik nog drie ochtenden per week. Het leuke is dat ik 56 jaar geleden daar naar school ben gegaan. Ik ben geboren in de Trompstraat, vlakbij de Da Costa. Daar ben ik mijn schoolcarrière begonnen en daar sluit ik hem ook af. Het zit al in de pen!” vertelt hij, doelend op een nieuw stukje dat hij zal gaan plaatsen op zijn Facebookpagina. “Een andere hobby is ook schrijven, de leuke dingen van het leven op zien te pakken. Ik wil positieve stukjes schrijven. Tegenwoordig probeer ik ook een beetje te dichten, dat valt niet altijd mee maar is wel heel leuk om te doen. Verder werk ik graag thuis in de tuin, mag ik graag koken en met de hond wandelen. Dan neem ik het fototoestel vaak mee, dat is een mooie bijkomstigheid.”
3. Wat bindt jou aan Bodegraven-Reeuwijk?
“Het is mijn geboorteplaats, met een kort uitstapje naar Gouda. Het is gewoon een mooi en gezellig dorp. Dat wil ik ook in mijn foto’s laten zien. Maar het is ook wel veranderd, als je naar Oud-Bodegraven kijkt is dat wel een mooi dorpje en het heeft echt zijn charme. Maar het is er nu ook nog wel, hier en daar.” Hij deelt zijn liefde voor oude steden. “Da’s wel zonde hoor, er zijn veel charmes verloren. Maar ik probeer nog wel de oude hoekjes te laten zien, de oude huizen, dat wordt wel gewaardeerd gelukkig.”
4. Waar heb je goede herinneringen aan?
“Vissen met Bert”, zegt zijn vrouw, die op de bank schuin tegenover Kooistra zit. “Ja dat is wel een goede ja!” aldus Kooistra. “Bij het Rode Dorp woont mijn oom, dan gingen we met de fiets de polder opzoeken en dan de Meije of de Noordzijde in en vissen. Dat is heel mooi, het is heerlijk daar.”
5. Welke (nieuws) gebeurtenis in Bodegraven-Reeuwijk is je het meest bijgebleven?
“Het eerste dat mij te binnen schiet is de grote brand bij Schuitema, bij de koekjesfabriek. Het gebeurde ’s avonds laat of ’s nachts, een hele grote brand die uitbrandde. En de brand in de Katholieke Kerk.”
6. Welke persoon inspireert jou uit Bodegraven-Reeuwijk?
Zijn vrouw en hij kijken elkaar aan. “Mijn vrouw!” zegt Kooistra. “Nee dat is een inkoppertje, dat mag je niet zeggen!”, aldus zijn vrouw Pien. “Wat verhalen betreft ben ik geïnspireerd door de Kooistra familie”, gaat hij verder. “De fotografie is eigenlijk vanzelf op mijn pad gekomen.”
Ik denk dat een hoop mensen wel wat van Antons instelling zou kunnen leren
“Maar als er iemand veel indruk heeft gemaakt is het Anton de Lorijn geweest. Het is mooi dat we hem hebben mogen leren kennen. Aan het einde ben ik heel dicht bij hem geweest. Hij had duidelijk wat hij wilde. Anton was een mensenmens, hij had altijd mensen om zich heen, iedereen kende hem. Ik denk dat een hoop mensen wel wat van Antons instelling zou kunnen leren. Hij had met iedereen gelijk een praatje. Het was een unieke persoonlijkheid.” zegt Kooistra over de Bodegraver die onder anderen voormalig zwemleraar was en die veel mensen gekend hebben. “Onze zoons konden dankzij hem binnen een mum van tijd zwemmen toen het niet lukte.”
7. Waar kom je graag/favoriete plekken?
“Ik denk toch wel het Limespark, sowieso omdat we daar altijd met Harry lopen.” Het drietal Kooistra, zijn vrouw en de hond wandelt veel. ” Er is ook een mooi uitzicht bij de polders rondom Bodegraven. En het dorp zelf, langs de Rijn. Daar heb je een fenomenaal uitzicht.”
8. Waar word je nu blij van in Bodegraven-Reeuwijk?
“We lopen graag over het dorp, dan gaan we bij winkeliers naar binnen en even een praatje maken.” aldus Kooistra. “En dat er hard gewerkt wordt aan het centrum”, voegt zijn vrouw er aan toe. Hij en zijn vrouw vullen elkaar goed aan. “Het opfrissen van het centrum”, herhaalt Kooistra, waarna hij zijn vrouw bedankt voor haar inbreng. “Zij geeft de voorzetten, ik kan makkelijker schrijven dan praten.”
9. Wat mis je in Bodegraven-Reeuwijk?
“Een echte maar dan ook een echte toeristische trekpleister. In andere steden heb je musea die veel mensen zouden trekken. Het probleem is dat we dat niet echt weten wat dat zou kunnen zijn. Je hebt hier niet zoveel, als er een toeristische trekpleister is dan is het Landal in Reeuwijk, maar die mensen trekken naar Gouda, omdat hier niet zo veel te beleven is op het dorp.”
“Het Kaasmuseum moet sowieso naar beneden, en ergens in een oud kaaspakhuis komen. Niet op een zolder in het Evertshuis. Bijvoorbeeld in de oude apotheek.” Hij heeft meer ideeën. “Bij het Bodegraafse Bos zou je best een groot perceel met bomen kunnen plaatsen voor een echt wandelgebied, helemaal langs de polder tot aan de Wetering, dat zou makkelijk kunnen.”
10. Welke Bodegraven-Reeuwijker verdient er volgens jou een lintje?
“Een postuum lintje voor Anton!” noemt hij. Hij weet meer mensen van vroeger. “Opa en oma, die verdienen wel een lintje, omdat die in een heel klein huisje 17 kinderen hebben grootgebracht. Je kunt soms niet helemaal volgen hoe dat daar allemaal aan toe is gegaan. Opa was nog bekend als dorpsomroeper bij evenementen en slagers en groentemannen voor als er op het laatste moment nog aanbiedingen waren. Daar verdiende hij een mooi sigarencentje mee.”
11. Denk je dat je ooit zult verhuizen uit Bodegraven-Reeuwijk?
“Nee.” zegt hij meteen, terwijl hij lacht om de reactie van zijn vrouw, die stad “echt een ramp” vindt. “Ik heb een jaar of tien in Gouda gewoond”, vertelt Kooistra. Daarna ging hij weer terug naar Bodegraven. “Hier heb je sociale controle, dat heb je in steden niet, zoals Gouda.”
12. Wat zou je veranderen als je burgemeester was?
Hij lacht. “Wat zou ik veranderen als ik burgemeester was? Dat is best een moeilijke vraag.” denkt hij hardop. “Ik zou er als burgemeester op hameren dat het Raadhuisplein echt benut wordt als evenementenplein en dat er niet een kermis op staat met ergens in een hoekje een terrasje. Dat vind ik echt één van de grootste rampen, terwijl je er iets heel anders mee kunt doen.” noemt hij. “Je kunt het Raadhuisplein met veel meer terrasjes inrichten en er kunnen kaas- en bloemenshows gehouden worden, dat wordt nu een beetje achteraf gedaan, maar daar kun je juist het plein voor gebruiken. Je moet het niet volduwen met kermisattracties. Je moet er een mooi plein van maken waar heel Bodegraven naar toe trekt.”
Door: Anne van Schothorst
