ReBo-er van de week: Nelleke Mouthaan-De Vries

blank

Ze is initiatiefneemster en één van de twee coördinatoren van het Hospice, wat inmiddels meer dan 50 vrijwilligers en drie gasten telt. Ze gaat “elke dag met plezier” naar haar werk en is daarnaast trotse moeder van vier kinderen. Ze komt graag met haar gezin in de natuur, houdt van creatief bezig zijn en is ze erg sociaal. De ReBo-er van deze Week is: Nelleke Mouthaan!

blank


Naam: Nelleke Mouthaan-De Vries

Leeftijd: 45

Woonsituatie: “Ik ben getrouwd en heb vier kinderen. Ik woon mijn hele leven in Bodegraven; ben opgegroeid aan de Zuidzijde en woon nu midden in het dorp. We hebben ook een hond, een parkiet en een paar vissen.”

blank

1. Waar kennen mensen jou van?

“Ik denk dat de meesten mij kennen van het Hospice nu.” Ze vertelt met passie over het Hospice, over hoe de gasten huisdieren “op visite kunnen krijgen” en over de omgeving waar het gebouw staat; dicht in de buurt van veel leven, zoals basisschool Het Vogelnest en de Vromade. “Voor mijn gevoel was ik altijd ook één van de medeburgers hier in Bodegraven”, gaat ze verder. “Misschien kennen mensen mijn naam van het beroep van mijn schoonvader; hij was predikant in de PKN (Protestantse Kerk Nederland), dominee Mouthaan. Maar mij als persoon hebben de meesten denk leren vanuit mijn initiatief in het Hospice.”

2. Hoe ziet een werkdag er voor jou uit?

“Ik sta s’ morgens op om de kinderen naar school te helpen, dan word ik geacht huishoudelijk bezig te zijn”, lacht ze. “Ik trek graag met mijn vrienden en kennissen op. Van woensdag tot en met vrijdag ben ik in het Hospice werkzaam en beschikbaar, en om het weekend verdeel ik de dienst met Dorien” vertelt ze over de mede-coördinator. “Daarnaast geef ik trainingen voor de vrijwilligers en organiseer ik bijeenkomsten waar een lezing wordt gehouden of extra kennis wordt gedeeld. Als ik uit mijn werk kom koken soms de kinderen, en anders doe ik het zelf. ’s Avonds doe ik het liefst niks, of met de kinderen televisie kijken, een spelletje, of ergens heen. Wij zijn gek op de natuur. Gisteren heb ik nog een poging gewaagd of ik ze mee kon krijgen naar het strand, maar dat vonden ze toch te koud”, lacht ze.

3. Waar ben je het meest trots op?

“Op het Hospice. Ik heb ooit bedacht dat ik dat wilde uit gaan zoeken. Het heeft acht jaar geduurd voor het daadwerkelijk open ging. Als ik dan zie wat het geworden is met alle hulp van mensen die in het plan geloofden en daar actief voor zijn geweest; daar ben ik echt trots op. Alleen lukt dat natuurlijk niet. De vrijwilligers hebben zes jaar lang gewacht om aan de slag te kunnen. Als ik mensen enthousiast aan familieleden hoor vertellen hoe geweldig het is om hier te werken, dat is super. Zij horen vaak van ‘oh ga je daar werken, met mensen die overlijden, dat is toch heel naar?’ Maar dat is niet het enige wat hier gebeurt; er wordt heel veel gelachen. Gisteren heeft mijn dochter appeltaart gebakken en zitten we met gasten aan tafel appeltaart met slagroom te eten. Ik ben natuurlijk ook trots op mijn gezin”, noemt ze. “Maar dat is moeder eigen denk ik.”

blank

4. Waar heb je goede herinneringen aan?

“Aan mijn jeugd, het voortgezet onderwijs, aan de vakanties die we hebben als gezin en die ik heb gehad met vrienden. Eigenlijk heb ik gewoon een heel leuk leven denk ik. Mijn schooltijd samen met mijn vriendin was heel leuk; samen optrekken, samen dingen delen, ongein uithalen, serieus proberen te zijn, voor zover de leeftijd dat toelaat. Nu heb ik nog steeds contact met haar en hebben we herinneringen over die tijd. Dan ben ik verwonderd over dat we zoveel ouder geworden zijn en we het kunnen hebben over toen, dat is zeker een mooie herinnering.”

5. Wat was je droom vroeger en is deze werkelijkheid geworden?

“Mijn droom was om zuster te worden, dat wist ik al op het voortgezet onderwijs. Ik heb keurig mijn vakkenpakket daarop afgestemd. Leren was niet iets wat ik heel graag deed. Ik heb toen ik nog geen 17 was een opleiding gedaan en die heb ik afgemaakt. Ik zeg altijd: je bent geboren voor de zorg, het zit er in of niet. Ik wilde een leidinggevende functie hebben; die heb ik ook gekregen. Ook heb ik al heel lang het idee van een Hospice gehad, maar het kwam nooit uit. Toen kwam er een punt in mijn carrière dat ik wegbezuinigd werd; toen dacht ik, dit is goed om uit te wikkelen. Dat heb ik toen gedaan. Dat ik coördinator zou worden in het Hospice, had ik niet kunnen bedenken.”

blank

6. Wat doe je in je vrije tijd?

“Dat is heel divers, ik houd van creatief bezig zijn, wandelingen in de natuur, koffie drinken met mijn familie of vrienden en met mijn kinderen bezig zijn. Sociale contacten zijn voor mij van belang, ik ben niet iemand die graag alleen zit.” Ook doet ze graag mee met acties in het dorp. “Ik vind het mooi dat je als dorp dingen samen doet en niet ieder voor zich.”

7. Welk (vrijwillig) project of vrijwilligerswerk zou je nog willen doen?

“Wij zijn bezig om te kijken of wij vrijwilligers in kunnen zetten in de thuissituatie of thuiszorg. Niet iedereen wil naar een Hospice toe. We zijn bezig met het zoeken naar vrijwilligers die inzetbaar zijn in de thuissituatie.”

8. Welke (nieuws)gebeurtenis is je het meest bijgebleven in Bodegraven-Reeuwijk?

“Ik heb verbaasd gestaan hoe breed de Kerstbomenactie gedragen werd en hoeveel mensen daarmee bezig zijn geweest. De kinderen verzamelden altijd al kerstbomen. Toen waren er nog meer kinderen die gingen helpen, en dit keer voor het goede doel: het Hospice. Dat resulteerde in 1500 bomen; vier tuinen in Bodegraven en de Hospice-tuin lagen helemaal vol. Het is heel mooi hoe iedereen daarmee bezig was.”

9. Waar kom je graag/wat zijn je favoriete plekken in Bodegraven-Reeuwijk?

“De natuur, het Limespark, de Reeuwijkse plassen, een wandelroute door het Bodegraafse Bos, de weilanden in. Ook kom ik graag thuis, en hier.” zegt ze terwijl ze om zich heen kijkt in het Hospice.

10. Wat zou je willen veranderen als je burgemeester was?

“Wat ik echt zou willen veranderen is de saamhorigheid, die moet omhoog. Met elkaar kan je veel meer bereiken dan alleen. Als we meer geïnteresseerd zijn in elkaar, kan je veel meer moois bereiken dan dat er nu gedaan wordt. Ik denk dat we soms teveel bezig zijn met onszelf. Ik vind de Najaarsmarkt altijd wel gezellig, omdat je elkaar weer tegenkomt. Net als met Koningsdag. Ook worden de Zustertuin en kerken meer actief, dat vind ik leuk, daar houd ik van. Dat samenbindende vind ik daarnaast mooi als je vrijwilligers hebt die zich inzetten, en die daarmee ook hun eigen eenzaamheid bestrijden.”

Advertentie

blank

blank

blank

blank

blank

blank

blank