Molen De Arkduif staat al generaties lang in ons dorp langs de Overtocht. Als je vanaf Zwammerdam, Bodegraven komt binnenrijden dan roept het silhouet van de molen samen met de watertoren, katholieke kerk en de dorpskerk een heel herkenbaar en betrouwbaar beeld op.
De Arkduif is een ronde stenen wind korenmolen een zogenaamde stellingmolen. Een stellingmolen heeft zijn naam vanwege de stelling of balie die halverwege de molen is geplaatst. Dit type molen is wat hoger dan andere molens, omdat hij door zijn extra hoogte beter de wind kan opvangen. Vanuit deze stelling wordt het mechanisme bediend dat de kop van de molen in de juiste windrichting zet. Dit noemt men ook kruien, vandaar de naam bovenkruier. Met kap is de molen bijna 20 meter hoog. De stalen wieken hebben een vlucht (diameter) van 22,2 meter.
Tot februari 1964 behoorde de Overtocht en een deel van de Van Tolstraat tot het grondgebied van Zwammerdam. Pas op die datum verloor Zwammerdam zijn zelfstandigheid als gemeente en werd dat deel toegevoegd aan Bodegraven. Dat is ook de reden dat veel gegevens van de molen stammen uit Zwammerdamse archieven.
Maar hoe oud is molen De Arkduif nu eigenlijk. Daar zijn verschillende theorieën over. Volgens oude gegevens stond er in 1535 al in Bodegraven een korenmolen. Dat blijkt uit documenten waarin sprake is van betaling van 3 gulden aan windgeld. Windgeld is een belasting die betaald moest worden aan de heer (eigenaar) van het gebied waar de molen stond. Maar in die tijd waren de molens nog geheel van hout. Het is hoogstens een voorloper. Verder is er op een oude kaart uit 1615 van het Hoogheemraadschap te zien dat er in die tijd meerdere molens in Bodegraven hebben gestaan. Niet alleen een korenmolen maar ook een houtzaagmolen. Op een oude gravure uit 1749 zien we een afbeelding van Bodegraven waarop twee molens dicht bij elkaar staan. Bij een van deze twee molens zou het dan om De Arkduif kunnen gaan.
Gravure van Bodegraven uit 1749 met twee molens
Er zijn echter vier jaartallen die een rol spelen bij de bepaling van de ouderdom namelijk het jaar 1603, 1675, 1697 en 1853.
1603: In de molen bevindt zich een balk waarop het jaar 1603 gekerfd staat. Maar de 6 is niet heel duidelijk te lezen. Maar als we uitgaan van het jaar 1603 zou de molen dus ruim 400 jaar oud zijn. Volgens kenners is dit niet waarschijnlijk. Ze baseren zich op het feit dat de molens uit die tijd allemaal volledig nog in hout gebouwd werden. Men denkt dat deze balk afkomstig is van een andere oude molen, waarbij de balk hergebruikt is.
1675: Deze datum komt uit een oud belastingregister van het dorp Zwammerdam. Daar wordt ene Gerrit Janz Blonk als de eigenaar van een korenmolen aangemerkt. Ook hier is het niet duidelijk of het hier om molen De Arkduif ging. Wat wel een rol speelt is dat bij de verwoesting in 1672 van zowel Zwammerdam als Bodegraven door de Fransen alles verbrand is. Het zou dus kunnen gaan om een nieuwe molen die na de brand gebouwd zou kunnen zijn. Maar hier bestaat geen zekerheid over.
1697: Deze datum wordt door de meeste deskundigen gezien als het bouwjaar van de molen. Uit de voormalige keuken van de molenaarswoning zijn een aantal jaren geleden bij de verbouwing twee tegeltableaus gevonden. Deze waren van de muur gehakt, in afvalzakken gedaan en op zolder gezet. Bij een latere restauratie van de molen zijn deze gevonden. Studenten van de Universiteit van Amsterdam hebben deze tableaus toen gerestaureerd. Op een van deze tableaus zie je een afbeelding van een molen. Daarnaast staat op de afbeelding een vrouw in de deuropening. Boven de vrouw staat een jaartal afgebeeld namelijk het jaar 1697. Deze datum zou met grote zekerheid wel eens het bouwjaar van de molen kunnen zijn. Het was vroeger gebruikelijk om bij de bouw van een molen een tableau van de eigen molen te plaatsen. Bouwhistorisch onderzoek heeft uitgewezen dat de molen inderdaad uit het einde van de 17e eeuw stamt. Rond die tijd werden overal stenen stellingmolens gebouwd. Waarschijnlijk is het tableau wel van jonger datum want vermoedelijk is het rond 1750 in Rotterdam gemaakt.
Tegelplateau met het jaar 1697
1853: Deze datum is ook van belang. Er is namelijk boven in de molen een gietijzeren bovenas (waar de wieken aan vast zitten) aangebracht waarop deze datum staat. Er gaat een verhaal dat rond 1850 de molen gedeeltelijk verbrand zou zijn. Maar echte bewijzen hiervoor zijn er niet gevonden in de archieven. Bij de grote brand van 1870 heeft de molen in ieder geval geen schade geleden. De brand woedde vooral in het oude centrum van Bodegraven. De molenaarswoning werd volgens gegevens van het kadaster gebouwd in 1872. Wat ook zeker is dat er in 1888 een verbouwing plaats vond waarbij de molen werd verhoogd. Conclusie die de deskundigen nu trekken over de bouw van de molen is dat de onderbouw eind 17e-eeuws is en de bovenbouw circa 1885-1890.
Hoe komt de molen eigenlijk aan de naam De Arkduif. Deze is helemaal niet zo oud als men dat zou denken. Molenaar Van Vliet heeft in 1956 een prijsvraag uitgeschreven. Het doel was om een mooie naam aan de molen te geven. Waarschijnlijk had de molen daarvoor geen naam. De winnaar die hierbij uit de bus kwam had de naam bedacht van de Arkduif. Het is een verwijzing naar het Bijbelse verhaal van Noach en de Ark. Na de zondvloed liet Noach een duif uitvliegen die terugkwam met een klein takje als teken dat de aarde weer bewoonbaar was.
We weten van de molenaars die eigenaar waren van de molen de meeste namen. De laatste molenaar was Jan van Vliet. Hij deed in het radioprogramma “Weer of geen Weer” wekelijks een weersvoorspelling. Daarmee kreeg hij landelijke bekendheid als ‘weerman des midden het land’.
Historische foto van de molen en bewoners
Tot 1872 werd de molen volledig door windkracht aangedreven. In 1872 werd er een kleine stoommachine geplaatst van 10 PK. Deze werd gebruikt om het maalwerk te laten draaien als er geen wind was. Pas in 1944 werden er elektromotoren geplaatst. De molen is tot 1970 in gebruik geweest als korenmolen die graan maalde. Nadat de molen in 1970 stil kwam te staan werd hij op de Monumentenlijst geplaatst. In 1974 kocht de gemeente Bodegraven de molen aan voor het symbolische bedrag van één gulden. De molen was in slechte staat.
In 1977 startte men met een grootscheepse restauratie van de molen. Deze duurde tot 1982 en werd in delen uitgevoerd. De totale kosten hiervan bedroegen ruim 285.000,– gulden. Tussen 2008 en 2010 is de molen opnieuw grondig gerestaureerd. Op 10 september 2010 vond de officiële opening plaats van de gerestaureerde molen. In december 2019 liepen de wieken van de molen schade op bij een stevige storm. Hierbij werd het hekwerk van de buitenroede zwaar beschadigt. De roeden waren al aan vervanging toe. Dit is op 2 maart 2021 uitgevoerd, waarbij er een grote kraan te pas kwam en er veel belangstellenden aanwezig waren. Hierna konden de wieken van de molen weer volledig draaien.
Herstel van de molen in 2021
Vanaf het jaar 2004 is er een bierbrouwerij in de molen gevestigd. Deze brouwt op een ambachtelijke wijze bier. Dit bier wordt over de gehele wereld verkocht. Jaarlijks wordt er ook een bierfestival gehouden. Er komen dan mensen van over de hele wereld, in Bodegraven biersoorten proeven. De molen wordt bemalen door gediplomeerde vrijwillige molenaars en is op zaterdag open voor publiek en verkoop van meel.
We mogen er van uit gaan dat de molen De Arkduif nog vele jaren ons dorpsgezicht zal bepalen.
Bron:
De Arkduif publicatie van Stichting De Arkduif uit 2010
Boreftse Berichten nr. 6 september 2006
Website: https://rhcrijnstreek.nl/
Foto’s: Stichting Historische Kring Bodegraven
Door John de Vries (Stichting Historische Kring Bodegraven)