Bestuurlijk voorzitter van de regio Hilde Niezen en wethouder Klimaat Gouda ziet het vaststellen van de Regionale Energie Strategie 1.0 als een belangrijke mijlpaal: “Grootschalig energie opwekken in onze regio kan alleen maar wanneer we samenwerken. Met elkaar zijn we overeengekomen dat we in Midden-Holland starten met zonnepanelen op grote daken en bijvoorbeeld langs wegen. Dit is een keerpunt in ons denken en handelen als het gaat om onze energievoorziening. We zijn nog maar net begonnen… op weg naar een duurzame toekomst.”
In de afgelopen maanden hebben overheden, inwoners, bedrijfsleven, netbeheerders, energiecoöperaties en diverse maatschappelijke organisaties in Midden-Holland met elkaar samengewerkt aan de RES 1.0. Samen hebben zij zoekgebieden aangewezen die geschikt zijn voor het grootschalig opwekken van duurzame energie uit zon en wind. De voorkeur gaat uit naar zonnepanelen op grote daken en langs rijks- en provinciale wegen. Mocht dit niet genoeg elektriciteit opleveren, dan worden de opties voor windmolens langs deze wegen bekeken. Een aantal gemeenten heeft laten weten voorlopig niet voor windenergie te kiezen.
Jarenlang (participatie)proces
De communicatie en participatie houden niet op. Integendeel, met de vaststelling van de RES 1.0 is een start gemaakt met een jarenlang proces. De komende periode gaan de gemeenten de mogelijke locaties voor zon- en windenergie verder onderzoeken en uitwerken. Dit doen zij samen met de provincie, netbeheerders, grondeigenaren, inwoners en andere betrokken partijen. De regio vindt het belangrijk dat inwoners kunnen meeprofiteren, bijvoorbeeld door ze mede-eigenaar te maken van energieprojecten.
In het overleg met alle betrokkenen is gekeken waar windmolens en zonnepanelen passen in het landschap, of het elektriciteitsnet het aankan en of inwoners en de politiek achter deze mogelijke plekken staan. We noemen deze aangewezen locaties zoekgebieden. De zoekgebieden zijn op de bijgaande kaart ingetekend. De zoekgebieden uit RES 1.0 worden tot aan 2030 samen met de betrokken partijen en inwoners van de regio verder uitgewerkt in concrete energieprojecten.
Vervanging aardgas
Naast zoekgebieden voor de opwek van duurzame zonne- en windenergie bevat de RES 1.0 ook vier mogelijkheden om aardgas als bron van verwarming van gebouwen en industrie in de regio te vervangen. Aardgas is namelijk een fossiele brandstof en daarom niet duurzaam. Twee van deze vier mogelijkheden gaan uit van het gebruik van restwarmte uit de regio Rotterdam. De andere twee mogelijkheden gaan uit van andere oplossingen. In 2023 wordt de haalbaarheid en wenselijkheid opnieuw bekeken. Tegelijkertijd blijven we ook nieuwe, landelijke ontwikkelingen en technieken volgen zoals biogas, waterkracht, opslag van energie, waterstof en kernenergie.
Meer weten? Voor meer informatie, kijk op resmiddenholland.nl.
Waarom een Regionale Energiestrategie?
Nederland stopt met het gebruik van aardgas en gaat stap voor stap over naar het gebruik van schone energie en warmte. Om de opwek van deze energie in Nederland mogelijk te maken, moeten we samenwerken. Het land is daarvoor opgedeeld in 30 gebieden, RES-regio’s genoemd. In Nederland hebben we afgesproken dat deze 30 RES-regio’s in 2030 samen 35 TWh per jaar aan hernieuwbare elektriciteit opwekken. Het gaat dan om opwek die grootschalig, weersafhankelijk en op land plaatsvindt. Iedere regio maakt een energieplan: een Regionale Energiestrategie (RES). Wij zijn de regio Midden-Holland, bestaande uit de gemeenten Bodegraven-Reeuwijk, Gouda, Krimpenerwaard, Waddinxveen en Zuidplas, de provincie Zuid-Holland en de waterschappen Schieland en de Krimpenerwaard, Rijnland en Stichtse Rijnlanden. In de concept-RES voor Midden-Holland (september 2020) is de ambitie geformuleerd om 0,435 TWh (1.567 TJ) aan hernieuwbare elektriciteit, opgewekt met wind- of zonne-energie, te realiseren. Dat staat in de regio Midden-Holland gelijk aan 67 windmolens of 544 hectare aan zonnepanelen. Dit is 1,24% van de landelijke opgave van 35 TWh. Deze 1,24% is gebaseerd op de huidige elektriciteitsvraag van de regio ten opzichte van de landelijke elektriciteitsvraag.