ReBo-er van de week: Tess van der Gugten

blank

Ze is sportief, nuchter, en een harde werker. Tess van der Gugten (25) werkt al negen jaar bij De Buren, is inmiddels eigenaar van het paard dat ze al sinds haar tiende verzorgde en heeft een geheim talent. De ReBo-er van deze week is: Tess van der Gugten!

blank


Naam: Tess van der Gugten

Leeftijd: 25

Woonsituatie: “Ik woon samen met mijn vriend Ditmar, we zijn zes jaar samen, ik ken hem van de Buren; hij is een tijdje bartender geweest.”

1. Waar kennen mensen jou van?

“De meeste mensen kennen mij denk ik van Grandcafé De Buren op het Raadhuisplein, daar werk ik nu negen jaar. Ook mijn achternaam doet vaak een belletje rinkelen; mijn ouders hebben een eigen bedrijf: VD Gugten Porsche Service in Bodegraven.” Ze gaat verder. “Ik heb ook lang geturnd bij Heres, en ik heb paardgereden bij Hippisch Centrum Bodegraven. Wellicht dat mensen mij ook kennen als hofdame. Ik werd in februari gevraagd en was heel vereerd.” Ze vertelt over de optocht. “Dan zie je ook hoeveel mensen nog op de been zijn en hoeveel waarde wordt gehecht aan de traditie.”

blank

2. Hoe ziet een dag er voor jou uit?

“Ik sta wat later op dan de gemiddelde persoon, dat komt ook door mijn baan in de horeca; ik begin vaak om 17:00, en ben dan meestal pas diep in de nacht klaar met werken. Ik heb mijn paard Janice nu vier jaar; daar ga ik vaak heen voordat ik moet werken, of ik help mijn ouders.”

blank

3. Op welke school zat je?

“Ik heb op De Goede Herderschool gezeten. Daarna heb ik op het Kalsbeek Schilderspark de havo afgerond. Ik heb toen eerst een halfjaar hbo communicatie gedaan in Leiden, maar dat was niet helemaal mijn studie, het paste totaal niet bij me. Ik heb toen 1,5 jaar gewerkt bij De Buren onder andere. Toen ben ik eigenlijk op aanraden van mijn werkgever Ben van ’t Hof de hotelschool gaan doen in Den Haag.”

4. Waar ben je het meest trots op?

“Ik denk dat ik het meest trots ben op mijn ouders. Ze zijn een klein bedrijfje begonnen in 1993 in de Meije, en zijn uitgegroeid tot één van de grootste specialisten in hun branche. De passie en tijd die zij beiden in het bedrijf stoppen en daarbij het gezinsleven..; ik en mijn broertje zijn nooit wat tekort gekomen. Ze betrokken ons ook heel erg bij de zaak.” Ze vertelt hoe haar ouders een passie combineren met nuchter blijven. “Dat harde werken is er wel met de paplepel ingegoten.”

5. Aan welke vakantie beleefde jij de mooiste herinneringen en waarom?

Ze vertelt over hoe ze met haar ouders en broertje in Ameland zaten. “Mijn vader zei toen midden in de week: je moet je koffer inpakken, want je gaat morgen naar huis. Ik zei; morgen zeg je zeker: ‘grapje!” De dag daarna werd het haar duidelijk: “Mijn ouders bleven op Ameland; en toen stond mijn vriend daar met tickets voor drie weken Aruba! Hij heeft er twee jaar gewoond en heeft er veel familie en vrienden. Je leert zo als local in plaats van als toerist het eiland kennen. Daar heb ik hele toffe herinneringen aan.”

blank

6. Wat doe je in je vrije tijd?

“In mijn vrije tijd ben ik op stal te vinden. In de tijd dat ik thuis zat tijdens corona heb ik ook twee paarden verzorgd van een goede vriendin die hoogzwanger was. Ik ben altijd wel een beetje in en rondom het dorp en heb altijd wel wat te doen. Wat heel leuk is: in tijd van corona ben ik naar Rijngaarde geweest met mijn paard. Mijn oma wilde heel graag een keertje mee naar stal; en toen zij niet naar het paard kon komen kwam ik met mijn paard naar oma toe.”

blank

7. Wat weten de meeste mensen niet van je?

“De meeste mensen weten dat ik een paard heb, maar niet hoe ik er aan ben gekomen.” Ze startte op haar tiende met verzorgen tot haar 21e, toen moest ze weg voor stage in Gent en Den Haag. “Toen werd ik gebeld door de vorige eigenaresse van Janice.” De 70-jarige vrouw was ongeneeslijk ziek verklaard. “Toen heb ik Janice eigenlijk gekregen. Ik vind het ontroerend dat iemand haar hele hebben en houden, want was Janice voor haar, aan een ander toevertrouwt.” 

Ze weet nog iets te noemen. “Dat ik eigenlijk stiekem wel een goede autocoureur ben. Ik heb de genen van mijn vader, die heeft vroeger geracet.”

blank

8. Welke persoon inspireert jou in Bodegraven-Reeuwijk?

Ze lacht. “Sowieso mijn ouders, om wat ik net al heb gezegd. Ook mijn werkgever; Ben van ’t Hof. Wat hij nog allemaal naast De Buren doet en hoe hij alle ballen hooghoudt vind ik heel knap: hij zit in de ECB en de HBT, hij doet in die zin veel voor het dorp. Eigenlijk inspireren heel veel mensen je op een bepaalde manier.”

9. Wat is een belangrijke levensles voor jou geweest?

“Het is heel cliché; maar blijf bij jezelf. De keuzes die jij maakt in het leven, in welk opzicht dan ook; die hoeft niet iedereen te begrijpen. Als ze voor jezelf maar logisch zijn. Ik krijg ook vaak de vraag; waarom loop je nog bij De Buren, je kan zoveel meer? Dan denk ik; voor mij voelt het nu nog heel logisch. Ik trek altijd mijn eigen plan, en ben soms wat tegendraads.”

blank

 10. Wat zou je willen veranderen als je burgemeester was?

“Dat is al eerder genoemd; ik vind Bodegraven een heel mooi dorp, alleen we hebben als Bodegraven niet echt een toeristische trekpleister. We hebben wel fietsroutes, maar het centrum nodigt niet echt uit om te blijven. Dat vind ik wel zonde, we hebben een prachtig Raadhuisplein die niet naar zijn volle potentie benut wordt. Het is het hart van het centrum. Als je dat uitnodigend maakt is het voor ondernemers die een winkel in het centrum willen ook weer aantrekkelijk. Je ziet dat ze er nu mee bezig zijn.” Ook is ze voorstander van meer evenementen. “Mensen zijn kuddedieren; als je horeca daar samenvoegt, blijven passanten hangen.”

Advertentie

blank

blank

blank

blank

blank

blank

blank