GroenLinks stelt kritische vragen over leerlingenvervoer

Dit bericht is ingezonden door GroenLinks 

GroenLinks commissielid Reinoud Doeschot heeft donderdag 10 februari in de vergadering van de commissie samenleving zijn teleurstelling uitgesproken over de wijze  waarop het college denkt de problemen rondom het leerlingenvervoer van gehandicapte kinderen te hebben opgelost. Hij is ontevreden over de manier waarop het college en de gemeente de burgers bejegenen.




 

De problemen zijn ontstaan door een brief van de gemeente waarin ouders werd meegedeeld dat hun kind niet meer thuis zou worden opgehaald, maar op een daarvoor aangewezen opstapplaats. Dit is goedkoper voor de gemeente. Volgens de gemeente zou de maatregel de zelfredzaamheid bevorderen. De maatregel zou dus in het belang van ouders en kind zijn.

 

Ouders voelden zich hierdoor niet serieus genomen, ook niet door de wijze waarop de gemeente hen tegemoet trad toen ze hun ongenoegen hierover uitten.

 

Natuurlijk kan het college geen geld over de balk smijten en moet de gemeente efficiënt te werk gaan. Dienstverlening aan de burger staat echter voorop. De dienstverlening in dit geval was goed. Bezuinigingen mogen niet onder het mom van het bevorderen van zelfredzaamheid doorgevoerd worden.

 

Ouders zijn ervaringsdeskundigen. De vraag of het leerlingenvervoer efficiënter kan met behoud van kwaliteit, had aan de ouders en vervoerder gesteld kunnen worden.

 

Separaat, dus helemaal los van het leerlingenvervoer en op een andere moment, had het college de ouders kunnen benaderen met een andere vraag,namelijk: hoe zij als ervaringsdeskundigen in zelfredzaamheid ideeën en suggesties kunnen geven om de zelfredzaamheid van burgers te bevorderen. Want als één ding zeker is, is dat ouders van gehandicapte kinderen experts zijn in zelfredzaamheid. Overigens geldt dat ook vaak voor broers en zussen van gehandicapte kinderen.

 

Doeschot zei het hartgrondig eens te zijn met de aftredende Kinderombudsman die stelt:

‘het lijkt erop dat gemeenten steeds vaker uit besparingszin op de stoel van de hulpverlener of behandelaar gaan zitten. […]. Maar bij het bepalen van het traject of de behandeling die een kind krijgt, moet zijn of haar individuele belang voorop staan en niet het financiële of organisatorische belang van de gemeente.

Dat lijkt nu niet het geval. Waar het kindbelang ondergeschikt wordt gemaakt aan financiën, wordt een principiële grens overschreden.’

 

De vragen van GroenLinks aan de wethouder waren:

 

1) Kunt u zorgen dat bij volgende gelegenheden steeds

het hoofddoel, goede dienstverlening, voorop blijft staan?
2) Wilt u bij volgende gelegenheden zorgen dat de kennis en ervaring van degenen die het aangaat vanaf het begin worden betrokken bij het zoeken van oplossingen?
3) Wilt u bij het benaderen van mensen over gemeentelijke dienstverlening zorgen dat dit altijd gebeurt vanuit de leefwereld van betrokkenen?
4) Kunt u mij aangeven op welke termijn de resterende

problemen zijn opgelost? (plaatsen en ophaaltijden).

 

Wethouder Leijendekkers beantwoordde de vragen kort maar duidelijk.

‘Ja’, ‘Ja’, ‘Ja’ en ‘Binnen een week’.

 

‘GroenLinks zal de wethouder aan haar afspraken houden en er kritisch op toezien dat de invoering van het leerlingenvervoer gehandicapte kinderen wordt uitgevoerd volgens het principe individueel belang gaat voor financieel of organisatorisch belang van de gemeente’, aldus fractievoorzitter Robèrt Smits.

Advertentie

blank

blank

blank

blank

blank

blank

blank

Geef een reactie