Woensdag 29 januari kwam de politie met sirenes zijn straat in gereden en heeft hem ‘ontvoerd’ voor een dagje uit. 48 jaar lang heeft Kees van der Meulen (66) gewerkt bij de politie. Van der Meulen, die inmiddels “heel wat jaar” in Bodegraven woont, blikt met onze redactie terug.
Wat mij hartstikke verbaasde op dat moment, is dat mijn dochter aanvoerde als motorcommandant
Wat is er gisteren gebeurd?
“Het is na 48 jaar toch tijd om afscheid te nemen. Ik moest gisteren om 14:00 aan het bureau zijn in Waddinxveen, ze hebben georganiseerd dat ik daar naartoe ben gebracht. Ik ben niet de enige die die dag afscheid heeft genomen, twee andere collega’s ook. Die zijn ook thuis opgehaald. Dat moest toen in een arrestanten busje gebeuren, onder begeleiding van de motor surveillance. Wat mij hartstikke verbaasde op dat moment, is dat mijn dochter daarop aanvoerde als motorcommandant! Ze zit nu bij de recherche, die had ik helemaal niet meer verwacht op een motor. Mijn kleinkinderen hadden het nog eerder in de gaten. Dat was echt een verrassing.”
“We hebben een afscheidsronde gemaakt door het gebied heen en toen afscheid genomen bij het bureau.” Van der Meulen is in 1972 begonnen bij de politie en startte in 1989 in Bodegraven met werken. In 1994 ging hij tijdens de reorganisatie naar bureau Waddinxveen.
Welke functie had je bij de politie?
“Ik ben begonnen in Bodegraven als derde opperwachtmeester en vanaf de reorganisatie in 1994 ben ik operationeel coördinator geweest. Dat heb ik tot op het laatste moment gedaan.” Wat dat inhield? “Ter plaatse gaf ik sturing aan collega’s om hetgeen gebeurd was op efficiënte wijze af te handelen.”
Waar kijkt u met plezier op terug?
“Ik heb het met plezier gedaan, je bent er voor de mensen om ze te helpen. Dat was ook mijn doelstelling toen ik bij de politie ging. Als manager er zijn, om de mensen zo goed mogelijk van dienst te zijn.”
Wat was het minst leuk?
“Het minst leuk is als je te maken krijgt met ongevallen waarbij mensen het leven hebben gelaten. Dat zijn incidenten die er in hakken. Dat heb ik in die 48 jaar dat ik op straat zit wel heel wat meegemaakt, dat zijn de minst leuke kantjes van het vak.”
Wat was het meest heftig?
“Als iemand het leven laat is dat altijd heftig. En zeker ook het moment dat je de nabestaanden moet vertellen dat hun geliefde er niet meer is. Dan maak je behoorlijke taferelen mee.”
Ik heb mijn politiewerk tot de laatste dag als positief ervaren
Hoe was het in het algemeen bij de politie?
“Ik heb mijn werk, ondanks alles en ondanks dat er bij de politie flink bezuinigd is, goed kunnen doen. Ik heb mijn politiewerk tot de laatste dag als positief ervaren. De officiële datum dat ik echt ga stoppen is 3 februari aanstaande, maar ik ben een jaar aan het afbouwen. ”
Hij vertelt een bijzondere anekdote. “Ik heb het geluk gehad om Koningin Juliana een arm te geven in het Westland. Ze woonde daar een inspectieronde bij van provincie Zuid Holland. Dat ging met de provincieboot. Ze hadden in Maasland de middaglunch gepland, bij een restaurant aan het water. Er werd aan mij gevraagd: ‘Kees, houd jij toezicht met je collega’s?’ Toen werd er vanaf de boot een loopplank uitgelegd, die erg wiebelig was. Ik zie haar nog bij die boot staan, ze keek naar die wiebelachtige plank. Toen vroeg ze aan mij ‘Wachtmeester, wilt u mij een hand geven?’ Toen heb ik haar stevig gearmd via de instabiele plank begeleid en via een stijle dijk naar het restaurant gebracht. Ik heb haar tot aan de deur begeleid.” aldus van der Meulen, die het een mooie ervaring vindt.
Is er veel veranderd bij de politie?
“Jawel, dat is eigenlijk te veel om op te noemen. Ik weet nog wel dat ik vroeger een bon uitschreef in mijn boekje, nu schrijf ik een bon uit via mijn mobieltje. Ook bij de politie staat de techniek niet stil. Je kan als politie niet achterblijven op dat gebied, daar moet je vol in meedraaien en het liefst nog op vooruit lopen. Ik vind nog altijd dat de politie in de organisatie vooral met de cybercriminaliteit soms achter de feiten aanloopt.”
Waarom heb je het zo lang volgehouden?
“Die vraag heb ik de laatste tijd meer gekregen. Maar ik heb echt geprobeerd om me zo lang mogelijk dienstelijk te maken voor mijn medemens. Dat zit in je. Ik schijn het al van jongs af aan gezegd te hebben. Dat staat ook in de Politiewet omschreven: ‘hulp verlenen aan hen die dat behoeven’.
“Dat is ook zo voor dieren die in nood zitten, dat heeft me zelfs een keer bijna mijn hachje gekost.” Hij vertelt. “Er was een paard te water geraakt bij Gouda in het sluizencomplex. Dat beest zwom met alle plezier tussen de plezierjachtjes in. Dat was niet de bedoeling. Er lagen ook tankers aangemeerd. Het paard had een halster en kwam naar de kant, ik had het halster beetgepakt. Toen was het wachten op de brandweer die hem op zou halen. Toen kwam de brandweer, maar aan de brandslang zitten van die koppelingen. Toen ze dat naar beneden lieten rollen maakte dat lawaai toen de koppelingen tegen de kant aan kwamen. Het paard schrok, ik had het paard stevig beet en ben in het water gevallen. Ik ben toen onder een tanker terecht gekomen. Terwijl ik daar onder zat, kwam dat paard aanzwemmen. Die benen, daar moet je geen opdonder van krijgen. Ik ben verder gedoken, om het paard te ontwijken. Ik ben er toen door de brandweer uitgevist en toen later op de Intensive Care kwam ik weer bij mijn positieven. Dat is inherent aan het vak, je loopt bepaalde risico’s.”
Ondanks die gevaren kijkt hij goed terug op zijn lange loopbaan bij de politie. “Ik heb mijn werk tot op het laatste moment met plezier voor een ieder gedaan.”
Foto’s: Wesley Bakker
Door: Anne van Schothorst