Jonne Seijdel uit Reeuwijk maakt wereldberoemde natuurfoto’s

Niets is te gek; nog geen halve meter bij een gifslang vandaan staan, uren blijven liggen met de camera in zijn hand voor een overvliegende kolibrie of ’s nachts de jungle door, allemaal voor de perfecte foto. Jonne Seijdel woont inmiddels drie jaar in Reeuwijk met zijn vrouw en is natuurfotograaf. Hij reist daarvoor de hele wereld over. Hij werkt onder anderen voor het Wereld Natuurfonds en brak op zijn 23e echt door met een foto van een spitssnuitsslang uit India, die in het magazine van National Geographic werd geplaatst. Enkele foto’s van hem hangen nu als expositie in het Evertshuis.




Een oogje

In zijn jonge jaren was Seijdel gefascineerd door reptielen. “Als klein kind was ik op de camping achter hagedissen aan het rennen, ik was altijd in de natuur.” Al snel sloot hij zich aan bij een reptielenforum, waar hij onder anderen contact had met Freek Vonk en soms ook foto’s plaatste. “Vroeger pakte ik de analoge camera van mijn vader omdat ik die beestjes wilde vastleggen.” Al snel werd opgemerkt dat hij “wel een oogje” had voor het maken van foto’s en werd uitgenodigd door andere eigenaren om foto’s van hun reptielen te maken. 

En toen is het helemaal losgeslagen

Op zijn elfde had hij zijn eerste compactcamera, en dat is overgegaan naar een spiegelreflexcamera. “En toen is het helemaal losgeslagen, dat werd een gekkenwerk.” Hij kocht een macro lens, een groothoeklens en een telelens om van grote afstand te kunnen inzoomen. “Dan kom je erachter wat voor wereld het eigenlijk is. Toen voor mij de grenzen open stonden ben ik de reptielen gaan opzoeken in de natuur. Dat is het allermooist.” Later groeide dit uit tot natuurfotografie in het algemeen, zoals ook landschappen, waarvoor hij de ‘golden hours’ najaagt.

Spitssnuitslang viraal

Voor zijn stage vanuit de kunstacademie is hij vier maanden naar India gegaan. “Dat was mijn meest bijzondere reis ooit. We verbleven in een kindertehuis waar we het dagelijks leven hebben gedocumenteerd.” Hij hielp hen door campagnes op te zetten om financieel onafhankelijker te worden. “Daar leerde ik ook mijn tweede moeder kennen, Kumari. We komen er nu nog steeds. Zij heeft de hele tijd tips gegeven over mooie plekjes in de natuur.” 

Zo heeft hij in India de spitssnuitsslang gefotografeerd. “Die foto is wel goed opgepakt, hij is viraal gegaan. Ja, dat is kicken.” Het kreeg een groot gevolg. Hij won prijzen en de foto werd gepubliceerd in het magazine van National Geographic. “Zoals een kind er van droomt om profvoetballer te worden, zo droomde ik er als klein jongetje van om met mijn foto ooit eens in dat magazine te staan. Toen voor het eerst die foto van mij er in stond, was dat een kick. Ik deed het er niet om, maar het is daar wel door opgepakt en gewaardeerd.”

Het is net alsof je een beroemdheid ziet lopen

Op welke foto hij trots is? “Van deze expositie in Het Evertshuis is dat denk ik de kameleon. Die is heel speciaal, dat had ik niet durven dromen. Je kent ze van de boeken en televisie.” En als hij ze dan in het echt ziet? “Het is net alsof je een beroemdheid ziet lopen!” Ook de kolibrie was een uitdaging om te fotograferen. “Je moet vier of vijf uur liggen totdat je het beest er op hebt.” Hij is gefascineerd als hij een dier vindt. “Dan sta ik eerst vijf minuten met mijn mond open, en dan denk ik ‘Oh, ik moet er een foto van maken!”

Het verhaal

Seijdel heeft een doel met zijn foto’s. “Het belangrijkste vind ik om te laten zien wat er zo mooi is aan de natuur. Het is een trend om te laten zien is wat er slecht is, zoals een schildpad in de oceaan met plastic in zijn bek. Ik laat liever zien hoe een schildpad krachtig in de oceaan zwemt, dan wat er kán gebeuren. Maar ik ga het verhaal niet uit de weg. Elke foto heeft wel echt een groot verhaal.”

Het is nu nog heel mooi, maar het is iets wat je over tien jaar niet meer ziet 

Een voorbeeld daarvan is toen Seijdel de kameleon wilde fotograferen bij de Ruwenzori Mountains op de grens bij Congo en Oeganda bij een gletsjer. “Door klimaatverandering smelt die gletsjer. Als dat gebeurt past het hele ecosysteem zich aan. Zo’n beestje zit op een bepaalde hoogte, het luistert heel nauw, en als het ecosysteem wordt aangepast sterft zo’n beestje uit.” Hij heeft de kameleon weten te fotograferen. Hij wil mensen bewust maken: “Het is nu nog heel mooi, maar het is iets wat je over tien jaar niet meer ziet. Ik wil met mooie beelden maken kunnen laten zien dat het heel kwetsbaar is en belangrijk is om te beschermen.”

“Een spijker door je hand”

“Je maakt ook gekke dingen mee.” Met een lokaal contact gingen Seijdel en zijn toen nog vriendin in de Amazone ’s nachts mee op expeditie door de jungle. “Maar, de local stootte met zijn hoofd tegen een wespennest aan. Dit was niet zomaar een wespennest. Het was de ‘night wasp’. Dat schijnt de ergste steek te zijn ter wereld van een dier. We renden als een malle. Toen werden we gestoken, ik in mijn hand: het is net alsof er een spijker door je hand gaat! Maar nu komt het: Je kunt de pijn verhelpen door er overheen te plassen”, lacht hij. “Toen hebben we dat daar midden in de nacht gedaan om die pijn een beetje te verhelpen, dat hielp ook wel, maar het was een gigantische pijn.”

Onbekende dieren op de foto

Wat hij nog graag eens op de foto wil zetten? “De koningscobra. Dat is de grootste gifslang ter wereld. Hij kan zes meter lang worden en hij kan ver omhoog komen. Dan heb je een gifslang tegenover je, die je gewoon kan aankijken! Ik ben er drie keer achteraan geweest, maar heb hem nooit gevonden.” aldus Seijdel. “Maar misschien heeft hij mij wel gezien.” voegt hij er aan toe.

Hij heeft nog een wens. “Ik heb dit eigenlijk nog aan niemand verteld, maar het is mijn droom om een reptiel te vinden dat nog niet beschreven is, zodat ik het ook een naam kan geven. Vanaf dat moment gaat hij met die naam de boeken in, dat is toch gruwelijk!” 

Zijn er mensen die mythische dieren kennen? Jonne Seijdel komt graag met je in contact. Je kunt hem bereiken via zijn website.

 

Door: Anne van Schothorst

Advertentie

blank

blank

blank

blank

blank

blank

blank